Dissectie: Scheur in de intima waardoor de intima van de media wordt gescheiden en een vals en waar lumen wordt gevormd.
Intramuraal hematoom (IMH): Hematoom tussen de intima en media waarbij de intima zelf intact is.
Penetrerend aorta ulcus (PAU): Gelokaliseerd intimadefect zonder vorming van een vals lumen.
Zowel een IMH als een PAU kunnen evolueren tot een dissectie.
Acuut aorta syndroom: Verzamelnaam voor onder andere aorta dissectie, IMH, PAU, pseudoaneurysmata en traumatische letsels.
Incidentie | 2.6-3.5 / 100.000 / jaar | Risico-factoren |
Leeftijd | Gemiddeld 63 jaar |
|
Lokalisatie |
|
|
Geassocieerde aandoeningen | Marfan, Loeys-Dietz, Bisucpidale aortaklep, Turner's Syndroom, Ehlers-Danlos, Takayasu's Arteriitis, Reuscel arteriitis, Behçet, Syfilis, coarctatio aortae, thoracaal aorta aneurysma |
Dissectie
Een aortadissectie is een onderbreking van tunica intima van de aorta met als gevolg bloeding in de tunica media langs de aortawand waarbij de lagen van de aortawand los van elkaar komen te liggen.
Bij de meerderheid van de patiënten (90%) is een dergelijk intima scheur (ook wel "entry-tear") aanwezig. De wand kan verder doorscheuren door de tunica adventitia waardoor een ruptuur optreedt
of terug door de intima in het lumen van de aorta. Dit laatste leidt tot het klassieke beeld van een dissectie met een septum (dissectieflap) tussen het valse en ware lumen. Het valse lumen kan
tromboseren waarna remodeling optreedt, of er kan geen of slechts gedeeltelijke trombose optreden met progressieve dilatatie, progressie van de dissectie of ruptuur tot gevolg. De dissectie kan de
perfusie van zijtakken van de aorta verstoren leidend tot ischemie van o.a. brein, ruggenmerg, nieren, darmen en benen. In dit geval spreken we van een gecompliceerde dissectie. Ook bij het optreden
van een ruptuur, progressie van de dissectie, aneurysmatische dilatatie, en bij patiënten met therapieresistente hypertensie en / of pijn. Type A-dissecties zijn bijna per definitie gecompliceerd en
er kan malperfusie van de coronair arteriën optreden (cardiale ischemie), acute aortaklepinsufficiëntie en harttamponade.
Intramuraal hematoom (IMH)
Van de patiënten die zich presenteren met een acuut aorta syndroom heeft het merendeel een dissectie en ongeveer 10-20% het beeld van een intramuraal hematoom, waarbij geen intima defect en geen
flow van bloed in een vals lumen zichtbaar is op de CT. Autopsie studies hebben echter aangetoond dat in slechts 4% van de gevallen daadwerkelijk geen intima scheur aanwezig is en ten tijde van open
chirurgie wordt inderdaad meestal een intimascheur aangetroffen. Er wordt wel gedacht dat een IMH ontstaat door bloeding van de vasa vasorum in de tunica media van de aorta, maar een andere visie is dat
het hematoom ontstaat door microscopische scheurtjes in de intima. Dit hematoom kan zich zowel retrograad als antegraad uitbreiden langs de aortawand en aanleiding geven tot symptomen die klinisch niet
te onderscheiden zijn van die van een aorta dissectie. IMH komt het meest voor in de aorta descendens en bij oudere patiënten. Malperfusie is veel minder voorkomend dan bij klassieke aorta dissectie.
Het natuurlijk beloop van IMH is variabel en het hematoom kan compleet oplossen of evolueren tot een klassieke dissectie (3-14%) of aanleiding geven tot dilatatie en ruptuur van de aorta. IMH in de
aorta descendens kan in principe conservatief behandeld worden, net als een ongecompliceerde type B dissectie (zie paragraaf: Behandeling). Voor IMH in de aorta ascendens geldt een agressievere aanpak
vanwege een veel hoger risico op vroege complicaties en mortaliteit naar analogie met type A dissecties en over het algemeen is open repair de aangewezen behandeling.
Penetrerend aorta ulcus (PAU)
Een penetrerend aorta ulcus ontstaat in een atherosclerotisch veranderde aortawand en perforeert de intima en kan aanleiding geven tot hematoomvorming in de tunica media. Vervolgens kan een IMH, een
aortadissectie of een ruptuur ontstaan. Meer dan 90% van de PAU's ontstaan in de aorta descendens omdat hier atherosclerotische veranderingen het meest voorkomen. Klassiek beeld op CT-A is een
paddenstoel-achtige uitstulping van het lumen in de wand. Patiënten zijn vaak >65 jaar oud en presenteren zich met pijn op de borst of in de rug zonder tekenen van klep falen of malperfusie. Een enkele
keer presenteren patiënten zich met distale embolisatie. Ook kunnen patiënten asymptomatisch zijn.
CAVE harttamponade, myocardinfarct of acute aortaklepinsufficientie bij type A dissectie
CT-Angiografie |
|
Echo-cardiografie |
|
Electrocardiogram (ECG) | Vaststellen cardiale ischemie bij type A dissectie (malperfusie coronairen) of t.g.v. van shock |
Voor aortadissecties worden de Stanford en DeBakey classificaties gebruikt, waarbij de Stanford classificatie het meest praktisch is omdat dit bepaalt of de behandeling door de cardiothoracaal chirurg (type A) of de vaatchirurg (type B) plaatsvindt.
Toelichting classificatie:
Stanford A | Entry-tear proximaal van origo a. subclavia links |
Stanford B | Entry-tear distaal van origo a. subclavia links |
DeBakey I | Entry-tear proximaal van origo a. subclavia links met uitbreiding voorbij origo a. subclavia links |
DeBakey II | Entry-tear proximaal van origo a. subclavia links met uitbreiding tot proximaal van origo a. subclavia links |
DeBakey III | Entry-tear distaal van origo a. subclavia links |
Verder wordt voor de type B (DeBakey III) dissectie nog onderscheid gemaakt op basis van de duur van het bestaan van de dissectie:
Acuut | < 2 weken |
Subacuut | 2 - 12 weken |
Chronisch | > 12 weken |
Tot slot wordt er nog onderscheid gemaakt tussen ongecompliceerde en gecompliceerde type B dissecties. Bij een gecompliceerde type B dissectie is er sprake van malperfusie van brein, ruggenmerg, mestenteriaal, nieren of extremiteiten. Ook is er sprake van een gecompliceerde type B dissectie bij aneurysmavorming, (dreigende) aortaruptuur en bij therapieresistente hypertensie en/of pijn.
Het overgrote deel van type A dissecties moet behandeld worden middels open repair. De behandeling van type A dissecties valt onder de cardiothoracale chirurgie en zal hier niet verder behandeld worden.
Behandeling | Indicatie | Beschrijving |
Conservatief | Ongecompliceerde type B dissectie |
|
Endovasculair (TEVAR) |
|
|
Open repair |
|
|
Afkortingen: CSF - Cerebrospinale vloeistof; MAP - Mean arterial pressure; NNT - numbers needed to treat.
Er is nog geen consensus over het invasief behandelen (TEVAR) van ongecompliceerde type B dissecties. Studies laten betere remodellering en een lagere aneurysma gerelateerde mortaliteit zien ten opzichte van een conservatieve behandeling. Deze voordelen wegen pas op tegen de nadelen (complicaties van de interventie) na minimaal 2 jaar follow-up. Een zorgvuldige afweging moet dan ook worden gemaakt met oog voor te verwachten complicaties van de interventie enerzijds en levensverwachting en comorbiditeit van de patiënt anderzijds.
Conservatief | CT-A na 48-72 uur, 1,3,6 en 12 maanden, daarna jaarlijks (indien stabiel) |
TEVAR | CT-A na 1,3,6 en 12 maanden, daarna jaarlijks (indien stabiel) |
Open repair | CT-A na 1,3,6 en 12 maanden, daarna jaarlijks (indien stabiel en afhankelijk van type repair) |
Dit is een voorbeeld follow-up schema, per kliniek (en voor individuele patiënten) kan het schema verschillen.
Laatste update: 31-10-2022